De heer A. v. Dijk te Beverwijk schreef mij over een putter, welke hij in een volière hield. Eén dezer dagen stierf de vogel, nadat hij 23 jaren in gevangeschap geleefd had. Destijds kocht hij de vogel, van iemand die hem ook 2 jaar had, terwijl hij, toen hij gevangen werd, toch zeker één of meerdere jaren oud was. Deze man-putter werd dus minstens 26 jaren oud. Het jaar voordat hij stierf was hij gepaard met een wijfjeskanarie. Er zijn toen nog drie nesten met jongen gekomen. Mij is een kneu bekend, die het 17 jaren in gevangenschap uithield; inderdaad een zeer oude kneu. In het aardige boekje van Mrs. Kips „Sold for a farthing” (gekocht voor een stuiver), vinden wij het verhaal van een huismus, die als jonge vogel van enkele dagen oud door haar opgekweekt werd en die na 12 jaar stierf. Tussen zijn 4de en 6de jaar was hij het meest intelligent en zong op een zeer bij' zondere wijze. Na zijn II de jaar begon de aftakeling, toen zong hij niet meer en had geen belangstelling voor de andere kunne. Uit het aardig geschreven boekje blijkt, dat het wel een heel bijzondere huismus is geweest, die door zijn opvoeding, — Mrs Kips is pianiste —, zeer muzikaal werd. Het milieu schijnt op deze vogel wel een apart stempel gedrukt te hebben. Eric Hosking illustreerde het werkje met enige foto's.