Met 12 bemande posten op 20 oktober en 11 op de 21e mag de simultaantelling van oktober 1984 als geslaags bechouwd worden. Het was eigenlijk de eerste maal, dat een simultaantelling samen viel met een herfststorm, waardoor een goede mogelijkheid ontstond om het optreden van ‘windgevoelige’ soorten eens te zien in relatie tot de ligging van de telposten langs de kust. Er bleken grote verschillen te bestaan in de aantallen geregistreerde vogels op de verschillende posten. Hoewel interessant, is het nauwelijks te verwachten dat deze verschillen een reële trend vertegenwoordigen. De aantallen en de verdeling van aantallen zeevogels die in zulke omstandigheden langs onze kust worden gezien, zullen onder andere afhankelijk zijn van de verspreiding van deze vogels op de Noordzee ten tijde van het begin van de storm (invloed van seizoen, voedselverspreiding en weersomstandigheden in de voorafgaande periode) en van de route en de ontwikkeling van de depressie op z’n weg over de Noordzee. Een nauwkeurige analyse van meerdere herfststorm-waarnemingen in relatie met uitgebreide weergegevens zou wellicht meer kunnen ontsluieren over het gedrag van zeevogels bij zwaar weer, en daarmee kunnen leiden tot een beter begrip van de bewegingen van deze soorten zoals die langs onze kust worden waargenomen. Voor dit verslag is zo’n nauwkeurige analyse niet gemaakt, wij beperken ons ertoe het beeld van de zeevogelbewegingen in het onderhavige weekeinde zo goed mogelijk samen te vatten. Alleen soorten die duidelijk gerichte verplaatsingen te zien gaven zijn apart besproken. In dit verslag zijn alle op de uurtotaalkaarten ingevulde waarnemingen van zeldzamere soorten opgenowen, zonder op beschrijvingen te letten. In een groot aantal gevallen waren deze beschrijvingen echter onvolledig of zelfs afwezig (met name Vorkstaartmeeuw en Middelste Jager). Het ligt dus in de lijn dat een deel van deze waarnemingen niet in het uiteindelijke najaarsverslag over 1984 wordt opgenomen.