Nu ken ik niet meer Frans dan “pain” en “du boursin”, maar hij is docent Engels aan een universiteit en die taal beheers ik min of meer. Omdat de afstand te ver is om alles goed te kunnen zien (een telescoop heeft ook grenzen) en om zo mogelijk een foto te kunnen maken, besluiten we om op een morgen te gaan klimmen. Zijn kinderen, jong en onbezonnen, huppelen het eerste gedeelte via een pad omhoog op een manier waar ik als 46-jarige man jaloers op ben. Het laatste deel is een begroeide puinhelling die zijwaarts lopend genomen moet worden omdat het er verschrikkelijk steil wordt. Als dan de werkelijke pieken opdoemen, op de rand van de boomgrens, ziet alles er anders uit dan vanaf beneden. De groep splitst zich, hij alleen en ik met de kinderen. Dan komen we bij een rotswand van zo’n 40 meter waar halverwege een bos hout uitsteekt. Het is een imposant arendhorst! Een volwassen havikstelletje zou groen van jaloezie worden. Als bovendien de helling onder de horst wit van de schijt is kun je nog maar één ding doen: omhoog gaan tot je op gelijke hoogte bent. Dat kan, want er is nog een richeltje dat op circa 35 meter van het horst langs loopt. Naar boven gaat redelijk, want er zijn nog wat struiken. De achterkant van de richel wordt gevormd door een geul die heel diep is en heel ver naar beneden doorloopt. Aan de rand van het horst zit een jong stil voor zich uit te kijken, de nek ingetrokken. Het jong is al redelijk volgroeid en zo’n 70 cm lang. Wat opvalt is de gigantische snavel. Naast het enorme horst lijkt het jong klein. Ik maak de kinderen duidelijk dat ze op de richel moeten blijven en ga zelf op stap om ruipennen en prooiresten te zoeken (je kunt het nu eenmaal niet laten). Marmottenkoppen en enkele pennen zijn vlot verzameld en ik vind zelfs de vader van de kinderen terug. Samen kijken we nog een tijdje naar het jong en besluiten om terug te gaan. Ergens zit in mijn achterhoofd: wat zou er gebeuren als pa of ma terugkomt van de jacht en ons daar ziet zitten. Een kind en mogelijk ook een volwassene zijn met weinig moeite de geul in te drukken. Na een steile afdaling zijn we weer bij de tent. Marmottenkoppen, ruipennen, foto’s en een herinnering rijker. Vooral dat laatste. Voor primitieve kampeerders die van bergwandelen houden: 05926-3576.