1995
Een aangifte van roofvogelvervolging
Publication
Publication
De Takkeling , Volume 3 - Issue 3 p. 66- 69
Roofvogelvervolging vaststellen is één ding, een dader pakken en laten veroordelen is iets heel anders. Soms wordt daar wat te lichtvaardig over gedacht, omdat men zich niet realiseert aan welke wettelijke voorwaarden zoiets moet voldoen en hoeveel kennis noodzakelijk is om dat allemaal op een rijtje te krijgen. Daarom hier de lessen van één geval van aangifte van roofvogelvervolging. Ik werk op de afdeling Bijzondere Wetten bij de politie in Salland. Op een dag in april wordt aangifte gedaan van roofvogelvervolging in het veld. Hoe moeten we dat aanpakken. De aangever weet er ook het fijne niet van, maar hij weet wel te vertellen dat het ontdekt is door een lid van de Werkgroep Roofvogels Nederland. Kortom, iemand die er iets vanaf weet. Nog dezelfde dag contact gezocht, waarbij direct schedels, botten en kaarten tevoorschijn komen. Ter plekke blijkt dat op drie plekken aas wordt uitgelegd. We vinden een dode Buizerd onder een boomstronk, en ja hoor, verkrampte poten. Mijn deskundige heeft gelukkig al van alles geregeld: pakjes voor onderzoek door het ID-DLO en een instantie die dat zal betalen.
Additional Metadata | |
---|---|
De Takkeling | |
CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding") | |
Organisation | Werkgroep Roofvogels Nederland |
Jan Leenhouts. (1995). Een aangifte van roofvogelvervolging. De Takkeling, 3(3), 66–69. |