In het voorjaar van 1997 brachten mijn gezin en ik enige genoeglijke dagen door in Kroatië. Wij maakten een rondreis met auto en caravan langs de Noordwest-kust van het Kroatische deel van de Adriatische zee. Via Rijeka bezochten we allereerst de ruige kusten van het eiland Krk, staken toen met de boot over naar de eilanden Cres en Losinj en vervolgden wederom met de boot onze reis in de richting van Istrië. Tijdens onze reizen besteden wij altijd veel aandacht aan natuur en landschap in de bezochte gebieden. Op Krk waren het met name de ontelbare bloeiende cyclamen met daartussen vele andere soorten zoals orchideeën die ons boeiden. Op Cres werden wij echter totaal verrast door vele tientallen Vale gieren, die we al kort na onze ontscheping ontdekten. Tijdens de reis over het eiland naar camping Baldarin, gelegen op het zuidelijkste puntje van dit langgerekte eiland, zagen wij de gieren telkens weer. Ook later, tijdens uitstapjes, kwamen we de gieren steeds tegen. Soms vlogen de dieren op slechts een meter of tien over, waardoor we ze nauwkeurig konden bekijken en onder de indruk geraakten van hun grootte. Later, kort na in Istrië aan wal te zijn gestapt, zagen we nog een eenzame Vale gier. Daarna was het gebeurd.