Vroeger dan u gewend bent, valt deze Takkeling op de deurmat. Dit in verband met het vroege tijdstip van onze Landelijke Dag, op 13 februari. Wel op onze vaste stek: schouwburg Ogterop in Meppel. Op deze zaterdag weer vele interessante lezingen met het laatste ontwikkelingen en inzichten op roofvogelgebied in ons land en daarbuiten. Een greep uit het aanbod: in de omgeving van Zwolle, het onderzoeksgebied van Jan van Dijk, is het aantal sperwerbroedgevallen het afgelopen decennium verdubbeld. Jan gaat in op wat deze toename mogelijk heeft gemaakt. Dook Vlugt bespreekt de relatie tussen postduif en Havik in de duinen van Noord-Holland. Rob neemt de voorjaarsfenologie van Wespendief en Boomvalk onder de loep. Jan van Diermen brengt ons een update, wederom met videobeelden, van zijn onderzoek met gezenderde Wespendieven op de Veluwe en in de Achterhoek. En dan de roofvogeltrek in Georgië, naar nu blijkt een flessenhals van ongekend belang, bekeken door Brecht Verhelst, Wouter Vansteelant en anderen. Naast een snuifje kunst en cultuur, verzorgd door Theo van Lent en Kester Freriks. Het volledige programma kunt u vinden op pagina 4, en op onze site www.werkgroeproofvogels.nl Zoals u gewend bent in de eerste Takkeling van het jaar de overzichten over het afgelopen broedseizoen (wat waren de gevolgen van de lage muizenstand?) en de vervolging in 2009. Verder staat dit nummer vooral in het teken van de Bruine Kiekendief: speurwerk in oude dagboeken naar wintergegevens van Bruine Kieken in de IJsseldelta en een overzichtsartikel van Henk Castelijns over wat het onderzoek in Zeeuws-Vlaanderen aan het licht heeft gebracht. In 2010 zal de rietwouw, zoals hij vroeger werd genoemd, speciale aandacht krijgen. Van de Bruine Kiekendief weten we al veel door onderzoek van Wim Schipper en Menno Zijlstra in de Flevopolders, van Dick Woets in De Weerribben en van de Rijksuniversiteit Groningen in Lauwersmeer en Flevoland. De vorige, en deze Takkeling, laten zien dat de interesse voor deze soort niet is verflauwd. Zeker nu de soort het moeilijk begint te krijgen in ons snel veranderende land. Het zou goed zijn om de huidige stand van zaken (verspreiding, dichtheid) landdekkend vast te leggen. Dan weten we waar we aan toe zijn: wat is er waar veranderd? En wie weet kunnen we daarna de vraag beantwoorden: waarom? Iedereen kan een bijdrage leveren aan het vergroten van inzicht in de Bruine Kiekendief (zie elders in deze Takkeling).