In het jaarverslag van de A. W. duinen over 1969 moest ik in een vergelijkend overzicht met andere duinterreinen spijtig konstateren dat de Kleine Mantelmeeuw nog in ons gebied ontbrak. Ondanks vele waarnemingen van deze soort en ondanks gekoncentreerde aandacht van verschillende vogelaars was dat ook daarna in 1970 en 1971 zo gebleven. Het is dan ook begrijpelijk dat bij een waarneming op 24 mei 1972 in het infiltratiegebied niet direkt aan een broedgeval werd gedacht. Er werd één vogel gesignaleerd die, hoewel niet alarmerend, toch op een nogal opvallende manier aan een bepaald terreingedeelte vasthield. De vogel vloog herhaaldelijk “argwanend” boven mij rond en daalde steeds op vrij korte afstand.