De Nationale waterwildtellingen worden georganiseerd door het Rijks Instituut voor Natuurbeheer (RIN) en Staatsbosbeheer (SBB). In 1984, 1985 en 1986 werd weer medewerking verleend aan bovengenoemde tellingen. De tellingen werden verricht rond half januari door Fredy Hieselaar, Piet van Vliet en Hans Vader. In alle jaren werden de totale Amsterdamse Waterleidingduinen geteld . Uit de tellingen blijkt, dat zich jaarlijks grote aantalsschommelingen voordoen. Bij de Krakeend en Knobbelzwaan zien we echter jaarlijks een flinke toename. De internationale 1% norm wordt door de Krakeend 2 tot 3 maal overschreden. Voor de regio Zuid-Kennemerland zijn de AW-duinen belangrijk door het voorkomen van flinke aantallen Wilde Zwanen, Brilduikers, Grote Zaagbekken en Nonnetjes.