Barre zoektocht naar ganzen. Zuidwest-Friesland 13 februari 1994

Uitgerekend op de dag dat in Nederland de kou inviel gingen 12 mensen vanuit Groningen op stap om ganzen te kijken, ’s Ochtends was de temperatuur nog -1°C en was het nog wel uit te houden. Toen we tegen de avond weer terugkwamen wees de thermometer -9°C aan en stond er een snijdende oostenwind. De eerste stop was bij Matsloot/Leekstermeer, waar een groep van ongeveer 250 Kolganzen zat, met daartussen één Rietgans. Zoals gewoonlijk op de ganzenexcursies met Jan Hulscher als leider, liet hij iedereen een schatting maken van het aantal ganzen in een groep. De schattingen voor de eerste groep lagen uiteen van 150 tot 500 ganzen. Toen iemand de andere kant eens opkeek bleek daar een jagende Slechtvalk te zijn, die honderden Kieviten en Smienten achtervolgde. Verder werden hier nog een Aalscholver en twee Grote Zaagbekken gezien. Tijdens de lange autorit naar Zuidwest Friesland werd door sommigen een Havik waargenomen. Bij IJlst aangekomen bleek de wind al zo hard te blazen dat het buiten de auto niet lang was uit te houden. Er werd lange tijd gekeken naar een troep Kolganzen, met daartussen Spreeuwen en Veldleeuweriken. Na lang zoeken en verkeerd rijden werden pas achter Heeg weer ganzen waargenomen, ca. 50 Brandganzen. Bij Gaastmeer – in een uithoek van Friesland waar zelfs ik, een geboren Fries, nog nooit was geweest – namen de aantallen Kol- en Brandganzen toe, maar de laatste Kleine Rietganzen die hier volgens de laatste berichten zouden moeten zitten, lieten zich niet zien. Wel werden hier veel Wulpen, twee Nonnetjes, enkele Goudplevieren en een Buizerd waargenomen.