Rollen, slepen, kunstmest strooien, mest injecteren, maaien, intensief beweiden. Allemaal activiteiten op het boerengrasland die het in het voorjaarvoor de weidevogels wel erg moeilijk maken om er rustig eieren te leggen, deze een paar weken te bebroeden en om dan ook nog de jongen groot te brengen. Door alle verstoringen gaan veel legsels verloren of worden de jongen dood gemaaid. Veel vogels wijken uit naar bouwland maar ook daar is het niet veilig. Het Ministerie van LNV ziet het probleem van de teruggang van de weidevogelstand op het boerenland ook in en heeft daarom in 1994 een reddingsplan bedacht. Hiervoor zijn er veel boeren en vrijwilligers nodig die gaan samenwerken om de weidevogels meer bescherming te bieden. Op grasland kunnen nesten gemarkeerd worden met stokken om de boer of de loonwerker te attenderen op de aanwezigheid ervan zodat met de machines om de nesten heen gereden kan worden. Ook op het bouwland kan dat soms. Waar het grootvee het land op gaat kunnen nesten beschermd worden met nestbeschermers. Heel soms wil een boer het maaien of het beweiden van een sterk bebroed stuk grasland ook nog wel eens uitstellen.