Een tijdje geleden kreeg ik zin om Papegaaiduikers te bekijken en dus kocht ik een treinkaartje naar het stadje Heverfordwest in zuidwest-Wales. Ik had namelijk gehoord dat daar eilanden lagen, Skokholm (spreek uit: skook um) en Skomer, die werkelijk zwartwit zien van de Papegaaiduikers, met als bonus tienduizenden Noordse Pijlstormvogels, wat mij goed uitkwam omdat ik die ook nog nooit had gezien. Gelukkig bevond ik mij al in het naburige Engelse graafschap Hereford, wat de reistijd aanzienlijk zou moeten verkorten. Wat was tenslotte 200 kilometer met de trein? Een uurtje of twee, dat ik zo. De Puffins waren al bijna in the bag nog voor ik vertrokken was! Ik had echter een belangrijke factor buiten beschouwing gelaten: British Rail. Bij Abergavenny kwam het boemeltje stil te staan en na ongeveer een uur kwam iemand vertellen dat er vóór ons een trein ontspoort was en dat we via een andere route onze reis dienden te vervolgen. Ze vertelde er niet bij waar die andere route zich dan wel bevond, maar gelukkig werd ik vanaf dat punt op sleeptouw genomen door twee ervaren reizigsters die ook naar Haverfordwest moesten. We wachtten een uur op de trein naar Cardiff, anderhalf uur op de trein naar Swansea en via een superonbekende route langs het gehucht Whitland (war niets was behalve een stationnetje) arriveerden we om 6 uur precies in Haverfordwest waar ik door een taxichauffeur met de onwaarschijnlijke naam Rocky naar het Normandy Guesthouse werd gereden. Ik weet wel dat de ware ornitholoog niet maalt om comfort en zich zonder morren te ruste legt in het nest van een Visarend, maar ik wilde ook nog goed kunnen slapen.