Vroeger zag ik nooit een Roerdomp en al zeker niet in de provincie Groningen. Het was zelfs zo erg dat ik nooit werd gevraagd voor Big Days omdat men dan zeker wist dat er een cruciale soort zou worden gemist. Leuk is het natuurlijk niet om zo te worden buitengesloten uit de warm-menselijke peergroup van de vriendenclub der vogelaars, maar wat kon ik er aan doen? Roerdompen meden mij als de pest. Ik had de soort wel op mijn Nederland-lijst staan omdat ik in de jaren 70 op het eiland Ameland ooit eens een vage schim van het beest had opgevangen boven het riet, maar dat was het. Ik hoorde altijd de verslagen van expedities naar de Lauwersmeer (‘drie Roerdompen’) en Roerdompen, baltsend en parend op de dijk voor de neus van enkele verontruste leden’) maar tijdens tientallen bezoeken aan die plekken zag ik van alles tot Zwarte Ooievaars en Kraanvogels toe, maar nooit een Roerdomp. En ik herinnen mij dat het nog erger kon.