Oudtijds groeiden in Egypte drie soorten van Nymphaeën: de witte, de blauwe en de rosé of indische. Fig. 1 Plaat 60 der afdeeling planten van de description de 1’Egypte stelt de witte lotus voor, Nymphaea lotus. Deze plant groeit in de sloten en kanalen van beneden-Egypte bij den aanvang van den zomer; zij heeft een knolvormigen wortelstok, ongeveer 3‘/i centimeter dik, met een bruine korst bedekt; de wortelvezels en oude bladstelen laten op den wortelstok duidelijk de merken achter. De bladen komen uit den top te voorschijn, en uit den wortelstok horizontale uitloopers, waaraan zich de nieuwe knollen vormen voor jongere planten.