1878
Over de kieming van Kaulfussia aesculifolia Bl.
Publication
Publication
Nederlandsch kruidkundig archief. Serie 2 , Volume 3 - Issue 1 p. 262- 263
Evenals bij Angiopteris en Marattia, worden ook bij Kaulfussia aesculifolia in hetzelfde sporangium tweeërlei sporen gevonden, namelijk: radiaire en bilaterale; de laatsten zijn echter in veel grooter getale aanwezig dan de eersten. Zoowel de radiaire als de bilaterale sporen zijn met fijne verhevenheden dicht bezet; haar wand is kleurloos, evenals die bij Marattia. Haar inhoud bestaat uit talrijke kleine, glinsterende druppels en een groote celkern, welke meest in ’t midden van de spore gelegen en door protoplasmadraden met den omtrek verbonden is.
Additional Metadata | |
---|---|
Nederlandsch kruidkundig archief. Serie 2 | |
CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding") | |
Organisation | Koninklijke Nederlandse Botanische Vereniging |
H.F. Jonkman. (1878). Over de kieming van Kaulfussia aesculifolia Bl. Nederlandsch kruidkundig archief. Serie 2, 3(1), 262–263. |