Besprekingen

In de winters 1982/83 en 1983/84 verdronken bijna 10 000 alkachtigen in vissersnetten in het zuidoostelijk deel van het Kattegat (respectievelijk 5000 in het eerste en 4500 in het tweede seizoen). Verreweg het merendeel (meer dan 95%) betrof Zeekoeien. Ook werden enkele Alken en één Papegaaiduiker aangetroffen. De meeste vogels verdronken in de maanden Januari en februari. Deze uitzonderlijk grote aantallen kunnen het gevolg zijn geweest van een ongewoon lange periode van westerstormen in december 1982 en Januari 1983 en/of van een goed voedselaanbod (met name jonge Haring) in het gebied. Er lijkt eveneens verband te bestaan tussen de verschijning vun de alkachligen in het zuidoostelijk Kattegat en de massale sterfte onder deze vogels voor de Schotse kust in februari 1983.