Half augustus 1983 verrichtte ondergetekende gedurende enige dagen observaties aan vogels op de uiterste noordpunt van Denemarken bij Skagen. Het een honderdtal meters brede strand van deze punt, Tipperne, dient als rustplaats voor vele (zee)vogels in zomer en najaar (Bertel & Pedersen 1982). Vooral Drieteenmeeuwen Rissa tridactyla. Grote Sterns Scerna sandvicensis en Kleine Jagers Stercorarius parasiticus waren tijdens mijn bezoek in opvallend grote aantallen aanwezig. Maximaal werden 9 Kleine Jagers per dag waargenomen. De aanwezige grote aantallen Drieteenmeeuwen en vooral Grote Sterns vormden een schier onuitputtelijke voedselbron voor de parasiterende jagers. Eén lichte fase Kleine Jager, die tijdens mijn aanwezigheid continu op het strand te vinden was, viel op doordat hij gewond was aan één der vleugels en hierdoor niet in staat was te vliegen. Deze vogel was tot zeer dichtbij te benaderen en probeerde zich dan onbeholpen uit de voeten te maken. De Kleine Jager was in volledig adult zomerkleed en niet zichtbaar sterk vermagerd of in slechte conditie. De gehele dag kon de vogel op het strand worden aangetroffen, vaak samen met enkele andere soortgenoten.