In Noord-Holland (NH) waren de posten Egmond aan Zee (Egm) en Hondsbossche Zeewering (Hbz) weer met grote regelmaat bezet. In Zuid-Holland (ZH) werd vooral regelmatig bij Bloemendaal waargenomen en gedurende enkele uren bij Katwijk en de Maasvlakte. Van de Waddeneilanden (Wd) bereikten ons vrijwel alleen tellingen van Ameland. In de eerste helft van mei werden in NH nog enkele tientallen Parelduikers gezien. Op 3 mei vlogen 18 exemplaren →N langs Hbz. In juli werd een vijftal Noordse en 4 Vale Pijlstormvogels gemeld. Veertien Noordse stormvogels op 14 mei te Hbz zijn eveneens vermeldenswaard. De concentratie zeeëenden voor de kust van NH verdween in mei geruisloos. Verder werden alleen in juni op Ameland enige aantallen van betekenis gezien. De ruitrek van de Bergeend was dit jaar in juni en juli weinig imposant. Begin juni passeerden enkele honderden Rotganzen op in zowel ZH, NH als Wd. De eerste twee weken van mei overheersten oostelijke winden, altijd goed voor spectaculaire steltlopertrek. Bij Hbz werden in deze periode zo’n 21.000 Rosse Grutto’s geteld, met als hoogste dagtotaal 5854 exemplaren op 2 mei. Zilverplevieren en Kanoetstrandlopers worden zowel in NH als in ZH in grote aantallen gezien. Goede dagen voor deze soorten zijn 7 mei (2600 Zilverplevieren Bloemendaal), 10 mei (2810 Zilverplevieren Hbz en 4547 Egm, 4233 Kanoeten Hbz en 15.861 Egm!) en 12 mei (3695 Zilverplevieren en 2638 Kanoeten Hbz). Een steltloper die het ook goed deed was de Drieteenstrandloper. Op 10 mei liepen bij Hbz de aantallen op tot 1939 en op 12 mei tot 1796 exemplaren. Verder waren er redelijke aantallen te zien van langstrekkende Bontbekplevieren, Bonte Strandlopers (1747 op 12 mei, Hbz) en Groenpootruiter.