1993
Tellingen van gestrande zeevogels
Publication
Publication
Sula , Volume 7 - Issue 4 p. 157- 157
Tellingen werden verricht langs de Noordhollandse kust (64 km) en op Ameland (11 km), terwijl de Texelse Noordzee- en Waddenkust regelmatig werden gecontroleerd op de aanwezigheid van kadavers zonder daadwerkelijk tot tellingen over te gaan. Zoals gebruikelijk waren de dichtheden laag, en deze herfst bleven bovendien de vaak zo omvangrijke strandingen van zangvogels uit. Het aantal soorten was groot (22 vogelsoorten). Meest talrijk waren de Eidereend (15) en de Zilvermeeuw (35). Van de echte zeevogels waren Noordse Stormvogel (6), Jan van Gent (5), Grote Jager (1) en Zeekoet (5) in kleine aantallen vertegenwoordigd. Van de Aalscholver, sinds zijn toename in het mariene milieu een regelmatig op de kust aanspoelende vogelsoort, werden opnieuw twee exemplaren geregistreerd. Een tweetal Zilvermeeuwen en een Drieteenmeeuw waren verstrikkingsslachtoffers (nylondraad). Eén vijfde van de gevonden vogels was met olie besmeurd. Informatie van: NZG/NSO database, A. Barnhoorn, C.J. Camphuysen, R. Costers, F. Geldermans, A. & R. Gronert, R. Halff, J.N. IJnsen, “De Windbreker”.
| Additional Metadata | |
|---|---|
| Sula | |
| CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding") | |
| Organisation | Nederlandse Zeevogelgroep |
|
onbekend. (1993). Tellingen van gestrande zeevogels. Sula, 7(4), 157–157. |
|