Nog niet zo lang geleden was er van de vogels op de Noordzee maar weinig meer bekend dan wat er zich direct langs de kust afspeelde. In de jaren zeventig werd een begin gemaakt met systematische tellingen van zeevogels op open zee, maar de resultaten werden mondjesmaat gepubliceerd en dikwijls op een manier dat het materiaal alleen voor 'intimi’ beschikbaar kwam. Kort geleden kwam daarin verandering en sinds de zomer van 1993 werden meer dan duizend pagina’s volgeschreven en gekarteerd in een zestal atlassen van de vogels van de Noordzee. Van informatieschaarste naar overdaad? Een overzicht van inhoud en ontstaansgeschiedenis. In de loop van de jaren zeventig werd het nijpende gebrek aan gegevens over het vogelleven van de Noordzee steeds duidelijker. Zeetrektellingen wonnen aan populariteit, vooral in Nederland en enkele Scandinavische landen, maar het was duidelijk dat hiermee slechts een tipje van de sluier kon worden opgelicht. Ook de integrale broedvogeltelling van de zeevogels op de Britse Eilanden aan het einde van de jaren zestig was een krachtige stimulans om deze dieren ook eens buiten de broedtijd te gaan bestuderen. Verschillende personen, instituten en groepen begonnen voorzichtig met een eerste inventarisatie van de mogelijkheden van onderzoek op zee. De belangen, de doelstellingen, de vervoermiddelen en daardoor helaas ook de methoden van waarnemen waren sterk verschillend.