Ook bij dit verslag is prioriteit gegeven aan een snelle tot-stand-koming om de opgelopen achterstand in te halen. Zodoende zijn er in dit verslag ook géén uitgebreide soortsbesprekingen te vinden. Ten opzichte van het vorig voorjaar is er sprake van een schrikbarende teruggang in het aantal getelde uren; er werd in vj’87 ruim 350 uur minder geteld dan in vj’86. Noord Holland blijft op een gelijk niveau, doch in Zuid Holland en het Waddengebied is er sprake van een grote afname. Een veelbelovende post als West Kapelle is gedaald tot enkele 10-tallen uren en dit geldt eveneens voor Scheveningen, vroeger toch één van de best bezette posten. Het Waddengebied is evenzeer gereduceerd tot een 100 uren van Texel, waardoor het niet goed mogelijk is om de trek alhier enigzins redelijk weer te geven in grafieken; in dit verslag vinden we dan ook slechts grafieken over Noord en Zuid Holland. Het is te hopen dat telactiviteiten in Zuid Holland en het Waddengebied in de nabije toekomst weer toe zullen nemen (nieuwe tellers?), daar anders slechts een goed beeld gevormd kan worden van Noord Holland en verslaggeving welhaast zinloos wordt. De voorplaat is, als vanouds, van de kundige hand van Frits-Jan Maas en het type-werk, alsmede de eindredactie, is door Nick van der Ham verricht.