Het is tegenwoordig bijna ieder voorjaar raak: een massale verstoring van Rotganzen in de polders van Ameland en Terschelling. Op Ameland heeft men Rotganzen weer belaagd met vuurwerk en andere twijfelachtige praktijken en op Terschelling zijn vanaf half april zelfs Rotganzen doodgeschoten met een vergunning die door de provincie Fryslân was verleend. Deze vergunning ging vergezeld van een buitengewoon slecht onderbouwd ’gedoogplan’. Kritisch Faunabeheer tekende bezwaar aan en, zoals verwacht, heeft de bestuursrechter begin mei het afschieten verboden. Ondertussen had de Wadvogelwerkgroep ook al een verzoek gericht aan Sicko Heldoorn, de verantwoordelijke gedeputeerde, om de door hem verleende vergunning in te trekken. Een antwoord was eind mei nog niet ontvangen. In de uitgebreide brief gaat de Wadvogelwerkgroep in op haar motieven waarom afschot van Rotganzen niet past binnen het huidige natuurbeleid. Zo komt de Rotgans voor op de officiële Blauwe Lijst, omdat de soort een ongunstige beschermingsstatus in Europa heeft en een beperkte verspreiding in Nederland kent. Tevens is de Rotgans onlangs voorgesteld als doelsoort voor het Nederlandse natuurbeleid, omdat in het voorjaar 44% van de 250 000 vogels in Nederland verblijft. De belangrijkste concentratiegebieden zijn de Friese Waddenkust, Ameland, Terschelling en de Groninger Waddenkust. Drie van deze gebieden liggen in Fryslân, waardoor onze provincie een speciale verantwoordelijkheid heeft ten aanzien van de bescherming van deze soort. Terwijl het provinciebestuur in haar onlangs verschenen nota Natuurbeheer erkent dat ze een sterke verantwoordelijkheid draagt voor trekvogelsoorten die in sterke mate op Fryslân zijn aangewezen, is de Wadvogelwerkgroep verbaasd dat de provincie desondanks van mening is dat de Rotgans geen volledige bescherming geniet.