Voor aansturing van het beheer is het van groot belang te beschikken over een goede kennis van de vegetatie van een gebied. Daarom heeft Staatsbosbeheer-Fryslan in 2002 in laagveenmoeras De Deelen een vegetatie- en soortenkartering laten uitvoeren door het ecologisch adviesburo Bakker uit Assen. In De Deelen liggen redelijke oppervlakten schraalland, die voornamelijk bestaan uit heischraal grasland en verarmde vormen van blauwgrasland, die kunnen ontstaan als gevolg van verdroging. In vergelijking met een eerdere vegetatiekartering uit 1994 lijkt de verdroging in de blauwgraslanden doorgezet te zin. De oppervlakte aan heischraal grasland is namelijk toegenomen ten koste van reeds verarmde typen van het blauwgrasland, waarin Pijpenstrootje en heischrale soorten als Borstelgras en Tandjesgras al vrij veel voorkwamen. De afname van het aandeel blauwgrasland blijkt ook uit de afname van de Spaanse ruiter. Deze soort is in vergelijking met 1994 veel zeldzamer geworden als gevolg van verdroging in combinatie met verzuring. Onder invloed van regenwater kan de bodem toch nog vrij vochtig zijn. In tegenstelling tot de Spaanse ruiter gedijt de Klokjesgentiaan wel goed onder zuurdere omstandigheden, waardoor de populatie Klokjesgentianen in De Deelen zich heeft weten te handhaven.