In water en vooral in het grensgebied van water en land is het voor planten dringen geblazen qua soorten. De florist komt er niet alleen vaatplanten tegen, maar ook algen, kranswieren, mossen, e.d. Ik heb vaak gedacht dat het een aardig idee zou zijn: één handboek met sleutels voor al die verschillende groepen. Zo’n boek is er nu verschenen bij de KNNV-Uitgeverij. De Veldgids Water- en oeverplanten door Roelf Pot, met medewerking van anderen. De samensteller van een dergelijke gids kampt meteen met een vracht aan vragen. Welke planten behoren tot zijn beschrijvingsgebied, en welke niet? Wie gaat het boek gebruiken? Wat voor sleutels geef je? Wat voor informatie geef je buiten de sleutels om? Hoe maak je gebruik van beeldinformatie? En op hoeveel papier en tegen welke kosten moet dat allemaal gebeuren? Mooi uitgangspunt is dat de gids volledig wil zijn voor planten die met het blote oog te onderzoeken zijn. Zoals de gids zelf al aangeeft, is de grens van het beschavingsgebied moeilijk te trekken aan de landkant: waar houdt de oever op?