In ‘Vlinders’ van november 1992 deed J. Wijma verslag van een vondst van 30 rupsen van de Wolfsmelkpijlstaart (Hyles euphorbiae) in haar tuin in de gemeente Bergen. Hier is inderdaad sprake van een bijzondere vondst. Het is namelijk voor het eerst sinds 1965 (een enkele rups in Rhenen in 1972 uitgezonderd) dat deze soort in Nederland gemeld wordt! De vindplaats langs de Maas is niet zo bijzonder aangezien de Wolfsmelkpijlstaat in NW-Europa een rivlerbegeleldende soort is. De vindplaats in Bergen is overigens wel een nieuwe locatie voor deze soort. In de ‘De Nederlandse Pljlstaartvllnders’ (KNNV WM 180) gaf ik uiting aan mijn vermoeden dat de voornaamste oorzaak van het destijds verdwijnen van de Wolfsmelkpijlstaart uit Nederland een opeenvolging van slechte zomers zou zijn. Hieruit volgend zou natuurlijk aangenomen kunnen worden dat de soort in een warm Jaar wel weer eens terug zou kunnen keren. En inderdaad, de zomer van 1992 was erg warm en ziedaar de Wolfsmelkpijlstaart maakt zich op voor een come-back! Interessant zou natuurlijk zijn om te vernemen of de soort er ook werkelijk in slaagt om zich voor langere tijd In Nederland te vestigen. Een oproep aan iedereen om aanstaande zomer groeiplaatsen van met name Cypreswolfsmelk en Heksemelk langs de grote rivieren goed in de gaten te houden en eventuele vondsten door te geven aan De Vllnderstichtlng. De tekening van de Wolfsmelkpijlstaart in het vorige nummer van ‘Vlinders' heeft overigens betrekking op de ondersoort conspicua. De Nederlandse rupsen zien er heel anders uit. Het exemplaar uit onderstaande foto benadert de Nederlandse exemplaren meer. Voor fotomateriaal van Nederlandse rupsen houd ik mij overigens gaarne aanbevolen.