"Op zondag 20 september jl. zag mijn vrouw in onze tuin een blauwtje vliegen, dat even later op een blad van de zonnebloem ging zitten, die dicht bij het raam staat. Doordat de vlinder haar vleugels dicht klapte, viel het haar op, dat de voor blauwtjes karakteristieke oogvlekken ontbraken. Zij waarschuwde mij dan ook onmiddellijk en ik snelde naar buiten met een glazen potje, waarmee ik het dier kon vangen. Tot mijn grote verrassing bleek het een vrij gaaf exemplaar van Cosmolyce boeticus te zijn, een soort die ik in uw catalogus niet kon vinden en waarvan ik dan ook vermoed, dat hij nog niet eerder in ons land is gevangen. De opvallende draadvormige staartjes en de onderzijde van de vleugels (mooi gaaf) met de goudgerande oogjes sluiten elke twijfel uit."
Additional Metadata | |
---|---|
Vlinders | |
CC BY-NC 4.0 NL ("Naamsvermelding-NietCommercieel") | |
Organisation | De Vlinderstichting |
Kars Veling. (2002). Het tijgerblauwtje in opmars?. Vlinders, 17(1), 8–9. |