"Wat is natuur nog in dit land?" is een veel gebruikt citaat om lezer en toehoorder er vooral van te doordringen dat we in Nederland geen echte, 'woeste' natuur meer hebben. Da's waar, de mens heeft Nederland immers ingrijpend beïnvloed. En daarmee een cultuurlandschap geschapen waarin allerlei oplossingen werden bedacht en toegepast voor problemen waarmee onze voorouders worstelden. Hoe hou ik mijn vee bij elkaar, hoe kan ik mijn land afscheiden van dat van mijn buurman, hoe hou ik roofdieren en vijandige lieden buiten de deur, vanuit die vragen heeft het Nederlandse cultuurlandschap vorm gekregen. Lokale en regionale omstandigheden, zoals bodemsoort, beschikbaarheid van materialen en de aanwezige 'couleur locale', maakten van het Nederlandse cultuurlandschap een veelkleurig palet. Er ontstonden essenlandschappen, coulissenlandschappen, heggenlandschappen, tuinwallenlandschappen. Mét de daarbij behorende flora en fauna. Helaas is daar in de vorige eeuw de onstuitbare drang naar economische voorspoed door productievergroting en intensivering, gepaard aan een steeds grotere efficiency, overheen gegaan. Met ruilverkavelingen, beekkanalisaties, ontgrondingen en ontwateringsprojecten werd het landschap te lijf gegaan. Daardoor is ontzettend veel van het cultuurlandschap verloren gegaan. Hoeveel staat, schitterend geïllustreerd, bij elkaar in het boek 'Nederland weer mooi'. Na een korte en helaas wat richtingloze inleiding waarin vanuit de behoefte aan bescherming van vee, huis en haard het ontstaan van erfscheidingen wordt toegelicht, wordt de lezer op een instructieve tocht meegenomen langs de vele mooie (maar vaak kleine) plekken die ons land nog rijk is. Aan de hand van prachtige foto's laat Jaap Dirkmaat de lezer het landschap lezen, wijst op structuren van verkaveling, van heggen, wallen en lanen, en de patronen van sloten. Oude gebruiken als het vlechten van heggen, het onderhouden van 'tunen', de in Limburg en Noord-Brabant aanwezige erfscheidingen, nemen de lezer mee naar het begin van de vorige eeuw, zonder melancholiek of sentimenteel te worden. Integendeel, met een aanstekelijk enthousiasme neemt Dirkmaat het op voor diegenen die Nederland mede mooi hebben gemaakt in het verleden en maakt hij duidelijk dat er veel redenen zijn om de overblijfselen te koesteren en, waar mogelijk, in ere te herstellen. Hij dicht daarbij een cruciale rol toe aan de boeren. In de lijn van zijn betoog is dat logisch; of het werkelijk reëel is in een gemondialiseerde wereld waarin voortdurend blijkt dat helaas alleen wordt gestuurd op kostenefficiëntie, blijft de vraag. Dirkmaat blijft gelukkig niet steken in deze constatering maar geeft in het laatste hoofdstuk een visie op de toekomst van het Nederlandse cultuurlandschap. 'Nederland weer mooi' is een met het hart samengesteld boek dat het verdient door velen te worden gelezen en omarmd.