Het is bekend, dat de wind in de bovenlucht dikwerf eeneandere rigting heeft, dan die, welke in de lagere luchtlagen wordt waargenomen; eveneens, dat er een groot onderscheid kan bestaan tusschen de snelheden der winden in de boven- en benedenlucht, vooral bij stormachtig weder of bij het ronddrijven van donderbuijen. Zeldzaam echter is een verschijnsel van volkomen windstilte tot op een en kleinen afstand boven den grond, met een’ stevig daarboven waaijenden wind, zooals door den Heer Bonnet in 1850, op eene reis van Bourdeaus naar Buenos Ayros, werd waargenomen.