Het jaar 1861 staat in de jaarboeken der zeevaart wegens de talrijke schipbreuken als een ongeluksjaar aangeteekend. Meer dan 2000 schepen werden eene prooi der golven. Ook de eerste maanden van het jaar 1862 waren weinig minder rampspoedig; vooral waren de laatste dagen van Februarij en de eerste van Maart zeer rijk in zeestormen en zeerampen. Eene zoo snelle opeenvolging van averijen en schipbreuken doet eene zamenwerking van oorzaken vermoeden , welke het niet onbelangrijk geacht kan worden nader te onderzoeken.