Er is nog veel to doen voor de regte kennis ook van onzo meest gewone wilde of algemeenst gekweekte planten, eer wij van hare gedaanten en bijzondere eigenschappen een helder denkbeeld hebben. Laat ons hiervan een voorbeeld geven en, naar aanleiding van een vroeger stukje van den beroemden schlechtendal in de Botanische Zeitung van 1858 , p. 121—124 en andere bronnen, trachten het een en ander wetenswaardigs betreffende onze gewone zonnebloem mede te deelcn. Deze plant is sedert langen tijd in Europa bekend. Althans in een werk van lodel van 1575 wordt reeds van haar gezegd, dat zij in Belgio in vele tuinen gekweekt wordt, doch „zelden rijp wordt, omdat dit late gewas door de winterkoude omkomt.” Zeker is, dat ook nu nog do zonnehlocm door de vorst omkomt, maar het zaad wordt zelfs in het noorden van het land doorgaans wel rijp; hoeveel te meer dan bij Antwerpen en Gend! — Zoude men daaruit mogen gissen, dat do luchtsgesteldhcid in Nederland na do 16e eeuw iets zachter geworden is ? — Haar oorspronkelijk vaderland is Peru on welligt ook de aangrenzende warme doelen van Amerika.