De heer DE SERRÉ schreef onlangs in het Bulletin de la Société d’acclimatation het volgende: „In de velden van Lombardije en Piemont, waar bewonderenswaardige besproeijingen eene onuitputtelijke vruchtbaarheid onder de brandende zon van Italië onderhouden, brengt do vochtigheid eene menigte kiemen van ontbinding voort, die myriaden van insekten en hunne larven beletten zich tot gevaarlijke miasmen te ontwikkelen; op het oogenblik dat hunne nuttige rol ophoudt, d. i. wanneer een krachtige plantengroei uit den bodem verrijst, zouden de insekten een verwoestende plaag voor de velden worden, indien de musschen, die hare jongen met insekten voeden, hun niet eenen onophoudelijken, hevigen oorlog aandeden, in overeenstemming met de gulzigheid van haar kroost, dat, zoodra het vliegen kan, zich op het graan werpt. De jonge musschen nu, die rijkelijk met insekten gevoed zijn, hebben een aangenamen smaak. Voordat zij het nest verlaten, knipt men hun daarom de vleugels af en noodzaakt hen zoo in het nest te blijven. In plaats dat zij schadelijk voor den oogst worden, worden zij, wanneer zij groot genoeg zijn geworden, gebraden en gegeten. Wij waren gedurende den Italiaanschen veldtogt verwonderd over de hoeveelheid gebraden musschen, waarop men ons onthaalde en vonden ze uitmuntend van smaak; trouwens ieder in Italië eet musschen. Het is eene kweekerij van musschen op groote schaal, die men in dat land overal aantreft. Van den nok van het dak tot aan de benedenste verdiepingen heeft men in de muren van zeer vele huizen bij het bouwen honderden van gaten aangebragt, die van buiten naauw en van binnen wijder zijn; daarin maken de musschen hunne nesten en men haalt zo er uit wanneer men ze noodig heeft. Hier en daar treft men kerken aan, welker muren duizenden van zulke nestgaten hebben; maar het opmerkelijkst zijn hooge vierkante torens, die inwendig 1,2 tot 1,3 el wijd zijn, waarin een man gemakkelijk kan op en neer klimmen, zich daarbij van zijne handen en voeten bedienende. Deze torens zijn opzettelijk voor den nestbouw der musschen bestemd. Geplaatst op de kruispunten der wegen te midden van die uitgebreide vlakten, waardoor men geheele dagen gaat zonder iets anders om zich heen te zien dan koren- of rijstvelden, zijn deze zonderlinge musschenwoningen elk voorzien van een madonna-beeldje, dat men in het voorbijgaan groet. De zorg er voor is aan een man toevertrouwd, die er den sleutel van heeft; hij klimt er in en zamelt do jonge musschen in.