Nu is het winter. Geen wandelen kan den vriend van het rijke plantenleven meer behagen. Tenminste wanneer hij niet den blik gewend heeft aan het beschouwend leeren kennen der mikroskopische gewassen; mossen en zwammen, wieren en korstmossen. Een gedeelte daarvan tiert welig in het koude jaargetijde; doch ik wilde spreken over iets anders. Ik wilde iets in het midden brengen over bloemen, die in beteekenisvolle verscheidenheid van kleuren en vormen onzen blik boeien — de bloemen van den winter. Slechts enkelen verschaffen zij genot, de enkelen die leerden opmerken, die behagen scheppen in het plantenrijk.
| Additional Metadata | |
|---|---|
| Album der natuur | |
| CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding") | |
| Organisation | Kruseman |
|
B.P. van der Voo. (1901). Winterbloemen. Album der natuur, 50(1), 82–86. |
|