Wederom dwalen onze gedachten af naar de hollandsche poldertjes en polders, dijkjes en dijken, parken en boerentuintjes, riviertjes, slooten, vaarten en plassen, die ons zoo dierbaar waren, die we liefhadden en die we steeds beminnen zullen, omdat we er genot smaakten en er leerden van de overal groote natuur. We staan op één dier dijken en zien over wei-, bouw- en braakland. Van de wilgen, die onder aan den dijk — natuurlijk! — niet ontbreken, hangt de gemeene sterremuur, Stellaria media , in lange lichtgroene slingers af. Iets bijzonders zien wij echter verder niet, tenminste dat schijnt oppervlakkig zoo, en voor dezen keer willen we het landschap vluchtig overzien, gelijk we het vroeger poogden te ontleden.