Gewoonlijk wordt de naam van halo gegeven aan een verschijnsel, dat zich in den vorm van een wijden lichtkring, die meer of minder duidelijk regenboogkleuren bezit, om de zon of om de maan vertoont. Die naam komt echter veelmeer toe aan een geheele reeks van lichtverschijnsels om of bij de zon of de maan, die allen in hoofdzaak op dezelfde wijze ontstaan, nl. door breking der van die hemellichamen uitgaande lichtstralen in zeer fijne ijskristalletjes, welke op groote hoogte in den dampkring zweven. De gewone kring om de zon of om de maan, welke laatste, omdat hij veel gemakkelijker is waar te nemen, bij het volk meer bekend is dan de eerstgenoemde, behoort tot die klasse van lichtverschijnselen en is onder hen het meest voorkomende. Zelden echter ziet men dien kring in zijn volle ontwikkeling, d.w.z. als èen volledigen cirkel, doch in de meeste gevallen vertoont zich slechts een deel van dien cirkel, meestal recht boven de zon. Wanneer nu die kring bij de zon zichtbaar is, vertoont hij altijd meer of minder duidelijk alle of slechts enkele spectrale kleuren, doch steeds het rood en het geel. De intensiteit van den lichtboog, die ongeveer 22° van de zon of van de maan verwijderd is, is het grootst recht boven dat hemellichaam en neemt gewoonlijk naar de einden langzamerhand af, zoodat in vele gevallen de boog als het ware geleidelijk in het witachtig blauw van den hemel overgaat.