De tweede groote klimatologische factor is de vochtigheid van de lucht en de nêerslag, die zoo nauw met de vochtigheid verbonden is. In het dagelijksch leven wordt gewoonlijk weinig rekening gehouden met den vochtigheidstoestand van de lucht. Allerwege ziet men thermometers gebruiken, bijna nergens hygrometers en terwijl wij allen vertrouwd zijn met de dagelijksche schommeling der temperatuur, weten wij weinig van de wijze, waarop de vochtigheid van de lucht variëert. Men weet over het algemeen niet, dat de relatieve vochtigheid haar grootste waarde bereikt omstreeks den tijd, dat de temperatuur het laagst is; dat van dat ongenblik af hare waarde afneemt tot kort na den middag, om daarna weer toe te nemen tot den volgenden morgen. Men kent slechts het verschil tusschen vochtig en droog weer.