Nevengaande is de eenigszins verkleinde weêrga van de photogrammen, die de directie van Teyler’s Stichting te Parijs liet vervaardigen door KERJOL. Een daarvan werd, op verzoek, den uitgever van het Album afgestaan, met verlof daarvan voor dit tijdschrift gebruik te maken. Het gedeelte van de bodemvlakte, dat de tentoongestelde voorwerpen beslaan, is de linker helft van de oppervlakte door Nederland aangevraagd. Die voorwerpen hebben hoofdzakelijk betrekking op dat lang vervlogen tijdperk (1785—1795) in de geschiedenis der elektriciteit, waarin op dat gebied ons vaderland, ook wat de praktijk betrof, een europeesche vermaardheid had, een tijdperk dat wij, zonder ijdel te zijn, het tijdperk van VAN MARUM mogen noemen.