1891
De physische eigenschappen van eboniet
Publication
Publication
Album der natuur , Volume 40 - Issue 1 p. 338- 339
In zijn opstel » Over de voortbrenging van geluid door het licht” verhaalt BELL op welke wijze hij den aard onderzocht van de stralen, die het meest het selenium aandoen; daarbij stuitte de onderzoeker op een eigenschap van deze stof, die niet minder dan de ontdekking van haren belangrijken coëfficient van dilatatie door KOHLRAUSCH , in 1873, de aandacht der natuurkundigen op haar vestigden. Het is bekend dat BELL bij de bovengenoemde omzetting gebruik maakte van een draaiende, met verschillende gaatjes doorboorde schijf, waarop de zonnestralen vielen; de rasse opeenvolging van licht en donker brachten in het selenium , waardoor een stroom ging, daarmede synchronische veranderingen te weeg in den weerstand en dus in de sterkte van den daardoor gaanden stroom. Werden nu de twee telephonen, die in de geleiding waren gebracht, aan het oor gehouden, dan vernam men een toon, wier hoogte afhing van de snelheid waarmede de schijf draaide, d. i. van de snelheid van opeenvolging der bestralingen. Om nu te bepalen in hoeverre dit verschijnsel afhing van de breekbaarheid dier stralen, waaruit het zonnelicht bestaat, stelde BELL in den weg dier stralen verschillende stoffen en vond daarbij, dat een dun plaatje eboniet den toon niet geheel dempte. Door dezen uitslag verrast, plaatste hij een plaatje eboniet op den weg van den straalbundel en onderschepte door middel van de draaiende schijf de doorgaande, onzichtbare stralen, die door een lens werden geconcentreerd op het selenium.
| Additional Metadata | |
|---|---|
| Album der natuur | |
| CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding") | |
| Organisation | Kruseman |
|
E. van der Ven. (1891). De physische eigenschappen van eboniet. Album der natuur, 40(1), 338–339. |
|