1894
De kapjes op Auer’s gasbranders
Publication
Publication
Album der natuur , Volume 43 - Issue 1 p. 100- 100
De kapjes op AUER’s gasbranders, die door de hitte van het gas gaan gloeien, zijn vervaardigd uit een katoenen weefsel, waarop men oxyden heeft gebracht van metalen van de groep, waartoe het cerium en het zirconium behooren. Daartoe wordt het katoenen kapje gedompeld in salpeterzure zouten van die metalen, daarna gedroogd en gecarboniseerd, waarbij dan een netwerk van de bedoelde oxyden terugblijft. Kapjes, die gedrenkt zijn in een mengsel van oxyden, voldoen het best en duren het langst. Volgens de Revue de Chimie industrielle geeft, naar bevind van den heer PÉAN, thoriumoxyde de meeste lichtkracht aan het gas; dan volgt het lanthaniumoxyde, waarop die van yttrium, zirconium en cerium volgen. Een mengsel, uit twee deelen thorium- en een deel yttriumoxyde saâmgesteld, wordt als het licht het meest versterkend aanbevolen.
| Additional Metadata | |
|---|---|
| Album der natuur | |
| CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding") | |
| Organisation | Kruseman |
|
E. van der Ven. (1894). De kapjes op Auer’s gasbranders. Album der natuur, 43(1), 100–100. |
|