Er zijn weinig zaken, waarvan in het algemeen zoo verwarde begrippen bestaan als omtrent »den Tijd”. Oppervlakkig klinkt dit zeer zonderling, vooral wanneer men hierbij denkt aan onze eeuw, waarin , om met den dichter te spreken: »Niets zoo duur is als de tijd” en het aantal van hen, waarop het Duitsche spreekwoord: »Dem Glücklichen schlägt keine Stunde” toepasselijk schijnt te zijn, schaarscher wordt. Toch behoeft men slechts even kennis te nemen van verslagen van vergaderingen, waar over »tijd” gesproken wordt, of men zal op de grootste begripsverwarringen stuiten. Alvorens het onderwerp, dat aan het hoofd van dit opstel staat, te behandelen, wenschen wij daarom in het kort het een en het ander over den tijd mede te deelen.