Den 11den April 1884 overleed te Cannes J. A. B. DUMAS, Frank – rijles grootste scheikundige uit de negentiende eeuw, niet ten onrechte de opvolger van LAVOISIER genoemd. Aan eene grondige kennis van de geschiedenis zijner wetenschap paarde hij een heldor inzicht in den weg, waarlangs haar toekomst zou worden verzekerd, velde hij een juist oordeel over de in zijnen tijd geldende beschouwingen; de gave van den ziener, die nieuwe gezichtspunten aanschouwt en opent, jaren vóórdat zij algemeen zullen worden gewaardeerd, ontbrak hem evenmin; is menig onderzoek door zijne hand volbracht (b. v. dat van de samenstelling van koolzuur en water, van de samenstelling des dampkrings enz. enz.) een mijlpaal voor het thans levend geslacht en voor allen, die na ons zullen komen; zijn smaakvol woord, zijne geestige uitdrukking en zijne welsprekende taal hebben er in niet mindere mate toe bijgedragen de waarheid te verspreiden en ingang te doen vinden. Meester van de taal, wist hij dikwijls het gemoed zijner hoorders te doen ontvlammen voor hetgeen waar is en goed. Het lag wel voor de hand, dat de fransche akademie, getrouw aan haar gewoonte om eenige beoefenaars der natuurwetenschap onder de veertig onsterflijken op te nemen, ook aan DUMAS eenen zetel in haren kring aanbood. Zijne gedenkredenen, na zijnen dood in twee bundels uitgegeven, ¹ wettigen die keuze volkomen. Op 76-jarigen leeftijd nam hij de door GUIZOT in de fransche akademie ledig gelaten plaats in.