Van de vroegere rnededeelingen over dit onderwerp is in het Januari- en in het Juni-nummer 1907 van dit tijdschrift een overzicht gegeven. In de eerste mededeeling vermeldden G; en R. reeds, dat de anodestralen een afwijking ondergaan dooi' een magnetisch veld in een richting, die positieve van de anode uitgaande deeltjes zouden moeten volgen. In de verhandeling, waarover hier bericht gegeven wordt, trachten G. en R. uit te maken of de anodestralen bestaan uit deeltjes, die zelf licht uitzenden, of soms het licht opwekken door botsing tegen de in de buis zich bevindende zoutdeeltjes