Over ’t voorkomen van roofdieren in Finland. — Volgens officiëele opgaven werden in ’t jaar 1887 in Finland geschoten: 115 beren, 321 wolven, 301 lynxen, 4229 vossen, 136 veelvraten, 207 vischotters en 1891 hermelijnen. Daarvoor werd als premiegeld uitbetaald ongeveer ƒ 19.000. Er werd door wild gedierte de volgende hoeveelheid vee gedood: 407 paarden, 1542 runderen, 8939 schapen, 284 varkens, 207 geiten en 3167 rendieren. (Zoölogischer Garten, 1889). Wolven in Europa. — Volgens courantenberichten kwamen in den laatsten winter wolven in tamelijk grooten getale voor in streken, waar zij voorheen slechts weinig werden aangetroffen. In Noorwegen en Zweden alsmede in het oosten van Pruisen verschenen zij op plaatsen, waar men ze sedert jaren niet meer had gezien. Het schijnt dat de hoeveelheid sneeuw, die in vele streken van Rusland gevallen is, als de oorzaak der verre verbreiding van de wolven moet worden beschouwd. Hoe groot de schade is, welke deze roofdieren nog in Rusland teweeg brengen , bewijzen de officiëele statistieke opgaven van het jaar 1885. Door wolven werden toen gedood: 438 paarden 1517 veulens, 313 koeien, 1158 kalvers, 1510 varkens, 7674 schapen en 3347 stuks pluimgedierte, te zamen 18.009 stuks vee, ter waarde van ongeveer ƒ240.000. (Zoölogischer Garten, 1889.)