»Aan de nagedachtenis van Carolus Linnaeus bij het tweede eeuwfeest zijner geboorte« luidt de opdracht van het boven vermelde handboek. Deze opdracht aan Linnaeus is niet alleen een toevallig iets, omdat dit bock nu juist in 1907 verschenen is, maar er zit hierin een diepere zin, in zoover hier door Professor Moll voor het eerst zijne wijze van beschrijven der microscopische structuren der planten wordt neergelegd, die inderdaad met de Linnaeaansche beschrijfkunst der uitwendige deelen nauw verhand houdt en naar het voorbeeld van deze is uitgewerkt. Deze Micrographie drukt nu haar stempel op dit geheele voor de practische oefeningen geschreven boek, zooals trouwens ook in zijn titel al voldoende uitkomt. Maar nog in een ander punt onderscheidt het zich principieel van andere handboeken ten gebruike bij de practische oefeningen in de botanie, en wel in de opvatting van de inrichting en het doel dezer oefeningen zelve.