Reeds herhaaldelijk is in dit Album (Jaarg. 1859, bl. 322; 1860, bl. 30, met eene afbeelding; 1862, bl. 224) gewag gemaakt van de in de hooglanden van Kalifornie hier en daar voorkomende reusachtige exemplaren van Sequoia of Wellingtonia, welker stammen in hoogte en dikte den Utrechtschen domtoren op zijde streven. Dat die stammen vele eeuwen noodig gehad hebben om zulk een omvang te bereiken, spreekt van zelf. Toch heeft men vroeger hun ouderdom, toen men deze op 2500, 3000 of zelfs meer jaren schatte, te hoog aangeslagen. Dit blijkt uit de met zorg verrichte tellingen der jaarringen door den heer J. G. LEMNON aan oenige der grootste exemplaren; die hetzij opzettelijk omgehouwen of door een storm omgewaaid waren.