Men weet bij herhaalde ondervinding, dat het vervoer van steenkolen met schepen deze aan het gevaar van brand blootstelt. Tevens weet men dat de zelfontbranding der steenkolen inzonderheid het gevolg is van de tegenwoordigheid van zwavelijzer (pyriet) dat in verreweg de meeste steenkolen in grootere of kleinere hoeveelheid voorkomt. De oxidatie van dit zwavelijzer, waardoor warmte geboren wordt, is de eerste oorzaak der zelfontbranding. Toch bestaat bij velen de meening, dat deze het best voorkomen wordt door eene ruime ventilatie, d. i. doorvoering van lucht door de steenkolen. Dat dit laatste een gevaarlijk vooroordeel is, werd onlangs aangetoond door eene engelsche regeeringscommissie, waarvan o. a. DR. PERCY en Prof. ABEL leden waren. Verscheidene voorbeelden werden door hen aangevoerd, die juist bewijzen dat lucht zorgvuldig van de steenkolen moet worden afgesloten. Vier schepen, beladen met 1500 tot 2000 tonnen steenkolen, vertrokken van Newcastle naar Indië. Drie daarvan, die zorgvuldig geventileerd waren, gingen door zelfontbranding der steenkolen geheel te loor. Het vierde schip, dat niet geventileerd was, kwam behouden te Bombay aan. Voorts wijzen zij er op, dat het gevaar voor zelfontbranding zeer toeneemt wanneer de steenkolen nat geladen worden, on dat het grooter is voor steenkolengruis dan voor steenkool in groote stukken.