1858
Iets over de kakkerlakken
Publication
Publication
Album der natuur , Volume 7 - Issue 1 p. 252- 254
Van het insect, bekend onder den naam van kakkerlak, in het Latijn Blatta, heeft Olivier zevenendertig soorten beschreven. Wij zullen ons thans slechts met twee soorten van dat geslacht der Regtvleugeligen (Orthoptera) bezig houden, namelijk met de Blatta Oriëntalis en Blatta Americana. De eerste, oorspronkelijk uit de Levant, is thans over geheel Europa verspreid, en wordt hier en daar in onze woningen, doorgaans in graanmolens , broodbakkerijen en keukens, aangetrotfen. Deze soort is klein, in vergelijking met de andere, die van eene aanzienlijke grootte is, en afkomstig schijnt te zijn uit Zuid-Amerika on de Antillen en van daar verspreid over Afrika, en de warme gewesten van Azië. Deze groote kakkerlakken rigten, in de magazijnen van koloniale waren in de zeehavens, door hunne vraatzucht groote verwoestingen aan. Ook op schepen in heete hemelstreken is alles van hunne gading, en voeden zij zich zelfs met kleedingstnkken van wol, zijde, garen, lederwerk enz. Zij storen niet zelden de nachtrust der schepelingen. Is er toevallig een kakkerlak in de slaapstede geslopen , dan ontwaakt men plotseling door een pijnlijk brandend gevoel, doorgaans in de voeten. Het insect heeft gedurende den slaap de huid tot op het vleesch afgeknaagd, en een scherp bijtend vocht in de wonde gestort.
Additional Metadata | |
---|---|
Album der natuur | |
CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding") | |
Organisation | Kruseman |
Q.M.R. Ver Huell. (1858). Iets over de kakkerlakken. Album der natuur, 7(1), 252–254. |