TEISSEREUC DE BORT heeft aan de fransche Academie (zitting van 26 Nov. 1900) zijn berekeningen dienaangaande medegedeeld. Deze hebben de waarnemingen tot grondslag, verzameld door middel van 240 proefballons, tusschen 1898 en 1900 opgelaten. Men had tot dusverre aangenomen dat de luchttemperatuur op een hoogte van acht a tienduizend meter onafhankelijk werd van de jaargetijden, mitsdien ten naasten bij gelijk bleef. Uit de waarnemingen volgt nu, dat zelfs nog op 12000 M. de invloed van de jaargetijden merkbaar is. De hoogste temperaturen vallen in de maanden Juli en Augustus; ze schijnen slechts iets later te komen dan de maxima, die men nabij de aardoppervlakte waarneemt. Het minimum daarentegen komt eerst in de maand Maart en bijgevolg veel later dan beneden bij de oppervlakte, waar dit naar men weet in Januari wordt afgelezen.