Eenige jaren geleden heb ik in een opstel over de door Pictet en Rotschy ontdekte alcaloïden, die het nicotine in de tabaksbladen vergezellen¹), eenige argumenten aangevoerd voor mijne gissing, dat de alcaloïden in de planten zouden ontstaan door de ontleding van eerst gevormde eiwitstoffen. Het is nu gebleken²), dat de genoemde Amé Pictet, die op dit gebied reeds belangrijke onderzoekingen heeft verricht, deze meening deelt, zij ’took aanvankelijk met dit verschil, dat hij de alcaloïden voor ontledingsproducten hield van zeer samengestelde stikstofverbindingen in ’t algemeen en, behalve aan eiwitstoffen, ook dacht aan de nucleinen en het bladgroen. Doch bovendien heeft hij de hypothese verder uitgewerkt en wel in dier voege dat zij proefondervindelijk kon worden getoetst. Hij veronderstelt namelijk, dat bij den afbraak allereerst betrekkelijk eenvoudig saamgestelde basische producten zouden ontstaan, waaruit dan later, door condensatie met andere verbindingen, in de planten de eigenlijke alcaloïden geboren worden.