In 1999 publiceerden Herrmann & Doczkal een artikel ”Schlüssel zur Trenning der Zwillingsarten Lasioglossum sexstrigatum (Schenck, 1870) und Lasioglossum sabulosum (Warncke, 1986) (Hym., Apidae)” in Entom.Nachr.Ber. 43: 33-40. Dit was voor mij de aanleiding om te kijken wat zich in de Nederlandse collecties bevindt onder de naam Lasioglossum sexstrigatum. Ik begon met mijn eigen collectie. De eerste bij, die ik bekeek, van Nunspeet, was al raak, L. sabulosum. Ik heb daarna mijn hele collectie van L. sexstrigatum bekeken en ook die van het Zoölogisch Museum in Amsterdam, van Hans Nieuwenhuijsen en van Jan Smit. Thans heb ik de collectie van Naturalis in Leiden onder handen. Tot nu toe komt uit dit onderzoek naar voren: – de Veluwe is zeer rijk aan L. sabulosum en arm aan L. sexstrigatum – L. sabulosum komt ook voor elders in midden Nederland, in Limburg en in Noord-Brabant – in west Nederland wordt alleen L. sexstrigatum gevonden. Ik hoop nu alle verdere collectie’s in Nederland te kunnen controleren op deze twee soorten, voor zover ze gedetermineerd zijn als L. sexstrigatum. De determinaties worden doorgegeven aan EIS, dat dan de oude gegevens van L. sexstrigatum kan vervangen door de nieuwe.