Hans Vogel toonde mij in oktober 2003 twee soorten grote, solitaire bijen die hij had verzameld in een tuin in Purmerend-Overwhere (Vak: Ac 126/127-503/504; in collectie Hans Vogel). De eerste soort betrof een mannetje en een vrouwtje van de gewone sachembij, Anthophora plumipes, van de tweede soort waren er vier mannetjes van de bruine rouwbij, Melecta albifrons. In Nederland staat de bruine rouwbij bekend als de belangrijkste broedparasiet of koekoeksbij van de gewone sachembij. Beide bijen worden gekarakteriseerd als cultuurvolgers en beide hebben dus baat bij bijvriendelijke tuinaanleg: tuinen met warme muurtjes op het zuiden, voldoende voedselplanten en een lemige grond waarin de gewone sachembij bij voorkeur nestelt. Purmerend is voor Anthophora plumipes de eerste melding in oostelijk Noord-Holland ten noorden van het Noordzeekanaal en voor Melecta albifrons is het voor dit deel van de provincie zelfs de noordelijkste vindplaats in westelijk Nederland (Peeters et al., 1999, Peeters & Reemer, 2003).