Van november 1998 t/m januari 1999 heb ik bouwzand, zoals omschreven in Cadée (1999) en Bastenmeijer (1999), dat was aangevoerd ten behoeve van het aanleggen van een viaduct in de Betuwe route aan de Sportlaan te Sliedrecht onderzocht. Het zand is afkomstig van ongeveer 10 mijl uit de kust bij Hoek van Holland (52°3’20” N, 4.00°40” O), alwaar het op een diepte van 25 a 30 meter beneden N.A.P. is gezogen. Naast vele mariene mollusken, zoals Tridonta borealis (Schumacher, 1817), Spisula spp. etc., trof ik ook landen zoetwater mollusken aan. Deze mollusken zijn m.i. hoofdzakelijk door de Maas aangevoerd, aangezien er veel Maasgrind (zoals lydiet, kiezeloöliet en vuursteen) in het zand voorkomt. Bijzonder was dat ik ook een stukje steen met fossiele zeeleliestengels uit de Ardennen tegenkwam. Een opmerkelijke vondst was verder een onderkaakje met kies van de noordse woelmuis, Microtus oeconomus (Keijserling & Blasius, 1841).